Hoewel beide materialen worden gemaakt met dezelfde grondstoffen, is de structuur van de beide materialen wezenlijk anders.
Sponsrubber heeft verschillende soorten cellen en een gesloten buitenmantel. Celrubber daarentegen heeft door zijn gesloten celstructuur geen buitenmantel nodig. Door deze verschillen in structuur zijn er talloze toepassingsmogelijkheden.
Zo heeft sponsrubber, afhankelijk van de gesloten buitenmantel, een hoge slijtvastheid, terwijl celrubber extreem weinig vloeistof absorbeert, zelfs bij beschadigingen in het oppervlak. En door de hoge drukelasticiteit, in combinatie met het erg goede herstellend vermogen, is sponsrubber beter geschikt voor open systemen zoals deurafdichtingen, terwijl celrubber als afdichting wordt gebruikt in gesloten systemen.
In ons standaardassortiment verwerken wij verschillende rubbermengsels zoals natuurrubber (NR.), EPDM, neopreen (CR) en nitril (NBR). Met de verschillende, specifieke eigenschappen van deze soorten kunnen alle gangbare toepassingsgebieden worden afgedekt.